Ik zoek een probleem

Nienke_02 Nienke_03
Nienke_01

Het gemak waarmee de oorzaak van het overlastprobleem rond het Bevrijdingsplein in Ede door de gemeente werd benoemd vond ik opmerkelijk. De gemeentebeambte beweerde dat de overlast waar ze in de binnenstad mee te kampen hadden, veroorzaakt werd door jongeren. Dat verbaasde me – een sociaal probleem ontstaat toch altijd door interactie? Ik vroeg mij af of een overheidsinstantie als de Gemeente Ede wel onbevooroordeeld was. Het leek erop dat de definiëring van het probleem was gebaseerd op het beeld dat men van deze jongeren had. Deze jongeren hebben echter ook een zelfbeeld, maar daar werd door de gemeente geen aandacht aan geschonken. Het leek me daarom interessant om te onderzoeken hoe men het probleem benaderde vanuit de verschillende posten in de Gemeente Ede. Ik nodigde de verschillende ambtenaren uit om het probleem te visualiseren, zodat ik hun aannames zichtbaar zou kunnen maken. Ik vroeg hen een foto van het probleem op het Bevrijdingsplein te maken.

Het was opvallend dat het materiaal dat ik van de ambtenaren ontving niet correspondeerde met de eenduidige visie die de Gemeente Ede in eerste instantie had gecommuniceerd. Algemene verveling, de aanwezigheid van een McDonalds en karaktereigenschappen van de jongeren werden als belangrijkste oorzaken van het probleem aangeduid. In de teksten en foto’s die de ambtenaren aanleverden kwamen deze jongeren echter niet of nauwelijks voor. Het leek alsof de ambtenaren zich niet wilden wagen aan uitspraken die als ‘veroordelend’ of ‘racistisch’ zouden kunnen worden opgevat nu ze deel zouden uitmaken van een publiekelijk kunstwerk. Probeerden de ambtenaren op deze manier een politiek correct imago op te houden? Het intrigeerde me dusdanig dat ik besloot mijn onderzoek te wijden aan de discrepantie tussen een persoonlijke- en een publieke visie. Ik vroeg me af of de escalatie van het sociale conflict verband houdt met deze discrepantie. Zijn de vertegenwoordigers van de groepen die betrokken zijn bij het conflict misschien te eerlijk? Of zijn ze juist niet eerlijk genoeg? Schatten ze de zienswijze van de ander goed in? Of slaan ze de plank volkomen mis? Aangezien ik er vanuit ga dat een sociaal conflict altijd in interactie ontstaat, heb ik besloten om alle partijen die een rol spelen in het conflict te betrekken bij de totstandkoming van mijn project. Ik heb naast de ambtenaren ook het winkelend publiek, de hangjongeren en de winkeliers gevraagd of zij iets wilden zeggen over het probleem op het plein. Uit de interviews met de betrokken partijen destilleer ik citaten die ik op verschillende T-shirts druk. Deze T-shirts deel ik op het plein uit aan de verschillende doelgroepen. Iedereen kan een citaat kiezen waarmee hij zich kan identificeren. Ik zal de deelnemers vervolgens ook vragen om het shirt aan te trekken zodat ik ze kan fotograferen of filmen, en hen laten motiveren waarom ze zich met de betreffende uitspraak identificeren. Dit materiaal zal ik achter elkaar plaatsen zodat er een dialoog ontstaat. Deze dialoog wil ik vervolgens weer op het plein laten zien. Een artificieel begin voor een nieuwe vorm van communiceren, die voorbij gaat aan vaststaande rolpatronen. Ik zie mezelf als een onderdeel van de deconstructie van ingesleten rolpatronen. Gedurende het proces merkte ik dat ik zelf ook last had van een zekere conditionering. Het duurde even voordat ik me realiseerde dat ik niet degene ben die een oplossing bedenkt of de omstandigheden creëert voor het oplossen van een sociaal conflict. Toch zie ik dat er wel degelijk een rol voor mij is weggelegd. Vanuit de positie van de onafhankelijke buitenstaander kan ik het conflict op een artificiële manier reconstrueren en een open gesprek modereren.